Vragenlijst

  1. Info
  2. Brandbestrijding
  3. Verergerende factoren
  4. Evacuatiewegen
  5. Compartimentering
  6. Specifieke lokalen
  7. Omgeving en toegang voor de brandweer

Info

Gebouw:
Persoonlijke informatie

Familie 1: Brandbestrijding

1. Bestrijdingsmiddelen

1.Beschikt u over blustoestellen?

2.Zijn uw blustoestellen toereikend en oordeelkundig geïnstalleerd?

3.Worden uw blustoestellen gecontroleerd?

4.Beschikt u over brandhaspels?

5.Zijn uw brandhaspels oordeelkundig opgesteld?

6.Zijn uw brandhaspels in goede staat (kraan, spuit, slang, trommel)?

7.Worden uw brandhaspels door een erkend bedrijf gecontroleerd?

8.Zijn uw blusmiddelen duidelijk aangegeven (pictogrammen)?

9.Worden uw blusmiddelen door veiligheidsverlichting verlicht?

10.Beschikt u over een sprinklerinstallatie (industrieel gebouw > 5000 m²)?

11.Wordt uw sprinklerinstallatie door een erkend bedrijf gecontroleerd en onderhouden?

2. Meldings-, waarschuwings- en alarmmiddelen

1.Beschikt u over een middel dat meldingen mogelijk maakt (bericht aan de openbare hulpdiensten)?

2.Beschikt u over een geluidsmiddel dat waarschuwingssignalen mogelijk maakt?

3.Beschikt u over een geluidsmiddel dat een alarm (evacuatie) mogelijk maakt?

3. Branddetectiecentrale

1.Beschikt u over een branddetectiecentrale?

2.Beschikt u over brandknoppen?

3.Zijn de brandknoppen duidelijk aangegeven (reglementaire pictogrammen)?

4.Beschikt u over branddetectoren?

5.Zijn uw branddetectoren oordeelkundig verdeeld?

6.Zijn er branddetectoren in de risicolokalen (archieven, technische lokalen ...)?

7.Zijn er branddetectoren in de verlaagde plafonds / onder de vloer?

8.Wordt de branddetectie door een erkend bedrijf onderhouden?

9.Is het personeel opgeleid in het gebruik van de branddetectiecentrale?

10.Beschikt u over een vereenvoudigde gebruiksaanwijzing?

11.Beschikt u over een logboek?

12.Bent u verplicht om de norm NBN s 21-100 te volgen?

4. Organisatie van de brandbestrijding / Administratieve dossiers

1.Beschikt u over een brandbestrijdingsdienst (intern noodplan, eerste interventieploeg, evacuatie-oefening ...)?

2.Zijn uw brandvoorschriften aanwezig en uitgehangen?

3.Is de eerste interventieploeg operationeel (aanstelling, opleiding ...)?

4.Is de eerste interventieploeg oordeelkundig verdeeld?

5.Houdt u een jaarlijkse evacuatie-oefening?

6.Beschikt u over een volledig brandpreventiedossier?

7.Beschikt u over een volledig interventiedossier?

8.Hebt u een procedure voor de evacuatie van personen met beperkte mobiliteit en gelijkgestelden?

9.Is de evacuatietijd correct?

10.Beschikt u over een procedure voor vuurvergunningen?

11.Is elke werknemer geïnformeerd over de risico's en de maatregelen voor brandpreventie?

Familie 2: Verergerende factoren

1. Factoren voor het ontstaan van brand die verband houden met producten

1.Is er meer dan 50 l aan brandbare of explosieve producten aanwezig?

2.Is er meer dan 50 l aan oxidatieve producten aanwezig?

3.Is een gelijktijdige aanwezigheid met een energiebron in eenzelfde ruimte waarschijnlijk?

4.Zijn er zelfontbrandende producten aanwezig?

5.Is er afval met risico van ontbranding aanwezig?

6.Is er werkuitrusting met risico van brand aanwezig (oven, open vlam, hoge temperaturen enz.)?

2. Verergerende factoren in verband met de bezetting

1.Zijn er veel gebruikers (100 pers.)?

2.Zijn er veel werknemers (50 pers.)?

3.Zijn er veel uitzendkrachten / bezoekers / externe werknemers (75 pers.)?

4.Zijn er personen met beperkte mobiliteit?

3. Actuele plannen

1.Beschikt u over een evacuatieplan/materiaal voor eerste interventie?

2.Beschikt u over een intern noodplan?

3.Beschikt u over een plan van de elektrische installaties?

4.Beschikt u over een installatieplan van de ventilatiesystemen?

5.Beschikt u over een plan van de installaties voor rookverwijdering?

6.Beschikt u over een plan van de brand- of gasdetectiecentrale?

4. Preventiemaatregelen

1.Beschikt u over een overzicht van de gevaarlijke situaties?

2.Beschikt u over een overzicht van de incidenten?

3.Beschikt u over informatie over de gevaarlijke, brandbare, ontvlambare, explosieve producten?

4.Hebt u maatregelen genomen om het gebruik, de productie of de opslag van ontvlambare vloeistoffen te beperken?

5.Hebt u maatregelen genomen om het explosierisico te beperken?

6.Hebt u maatregelen genomen om het gebruik, de productie of de opslag van brandbare gassen te beperken?

7.Hebt u preventiemaatregelen genomen voor het brandrisico van werkuitrusting?

8.Hebt u maatregelen genomen om zelfontbranding te beperken?

9.Hebt u preventiemaatregelen genomen in de omgeving van ontbrandingsbronnen?

10.Hebt u maatregelen genomen om de risico�s van door afval veroorzaakte brand te beperken / te elimineren?

Familie 3: Evacuatiewegen

1. Evacuatiegangen en -wegen

1.Zijn de evacuatiewegen voldoende breed?

2.Zijn de evacuatiewegen vrij van kasten of ander meubilair dat hun breedte beperkt?

3.Zijn de evacuatiewegen vrij van doodlopende gangen met een lengte < 15 m?

4.Zijn de evacuatiewegen vrij van elk brandbaar materiaal?

5.Zijn de evacuatiewegen uitgerust met veiligheidsverlichting?

6.Komen de evacuatiewegen rechtstreeks uit op een veilige plaats?

2. Nooduitgangen

1.Zijn er ten minste twee uitgangen of trapzalen op elke verdieping indien > 100 personen?

2.Is de gecumuleerde breedte van de uitgangen voldoende groot?

3.Is er een verzamelpunt?

3. Trapzalen

1.Heeft het gebouw een trapzaal?

2.Voldoen de trapzalen aan de evacuatienormen?

3.Is de nuttige breedte van de trapzalen ten minste 0,80 m?

4.Komen de trapzalen uit op een evacuatieniveau (zonder verlenging naar de kelderverdieping)?

5.Zijn de trapzalen vrij van hindernissen?

6.Zijn de trapzalen uitgerust met een leuning en een reling? (als ze meer dan 1 meter breed zijn)

7.Zijn de trappen correct ontworpen (diepte van de trede, breedte ...)?

4. Rookafvoer

1.Is boven elke trap een rookafvoer aanwezig?

2.Is de rookafvoer functioneel?

3.Is de bediening ervan gemakkelijk bereikbaar aan de voet van de trap?

4.Is de bediening duidelijk aangegeven in het Nederlands?

5.Wordt de installatie door een erkend bedrijf onderhouden?

5. Signalisatie

1.Is de signalisatie van de evacuatie toereikend?

2.Is de signalisatie zichtbaar en goed aangebracht (pictogrammen)?

3.Zijn de evacuatieplannen uitgehangen en actueel?

4.Is het verzamelpunt geïdentificeerd?

5.Is het nummer van de verdieping aangeduid op de overlopen van de trapzalen en in de liften?

6. Veiligheidsverlichting

1.Heeft het gebouw een veiligheidsverlichting?

2.Is de veiligheidsverlichting oordeelkundig verdeeld?

3.Werkt uw veiligheidsverlichting zoals het hoort (5 lux)?

4.Is uw veiligheidsverlichting aanwezig in de lokalen zonder vensters, in de kelderverdiepingen of op de zolders (als die worden gebruikt)?

5.Is uw veiligheidsverlichting vrij van stickers die de lichtsterkte doen afnemen (tenzij ze daarop berekend is)?

6.Is uw veiligheidsverlichting aanwezig bij de nooduitgangen (5 lux)?

7.Is uw veiligheidsverlichting aanwezig buiten de nooduitgangen (5 lux)?

8.Is uw veiligheidsverlichting aanwezig in de buitentrapzalen voor de evacuatie (5 lux)?

9.Is uw veiligheidsverlichting aanwezig op de evacuatiewegen (5 lux)?

10.Wordt uw veiligheidsverlichting door een erkend bedrijf gecontroleerd?

Familie 4: Compartimentering

1. Verticale compartimentering (deuren, muren en wanden)

1.Is er een verticale compartimentering?

2.Is de compartimentering toereikend?

3.Zijn de risicoplaatsen gecompartimenteerd (archieven, technische lokalen ...)?

4.Is de trapzaal gecompartimenteerd?

5.Zijn de vluchtwegen gecompartimenteerd (MHG, HG + nachtelijke bezetting)?

6.Sluiten de EI-wanden aan op de plafondplaat (boven het verlaagde plafond)?

7.Is het liftsas brandveilig?

8.Zijn de verticale technische kokers gecompartimenteerd (deuren, luiken, luikgrendels ...)?

9.Voldoen de wanddoorgangen aan de EI-graad van de wanden?

10.Zijn alle doorboringen afgewerkt met een vuurvast product met dezelfde brandwerende waarde als de compartimentering?

11.Beschikt u over branddeuren?

12.Sluiten de branddeuren goed?

13.Zijn de branddeuren in goede staat?

14.Zijn de branddeuren voorzien van een deursluiter?

15.Blijven de branddeuren gesloten of worden ze opengehouden met een magnetisch systeem dat ze sluit in het geval van een waarschuwing/alarm/stroomuitval?

16.Zijn de branddeuren voorzien van 'antipaniekstangen' of een afstandsbediening?

17.Openen de branddeuren in de evacuatierichting?

18.Kunnen de branddeuren gemakkelijk en onmiddellijk geopend worden?

19.Zijn de branddeuren vrij van elke belemmering?

20.Zijn de deuren van de nooduitgangen niet vergrendeld of openen ze in het geval van een alarm/stroomuitval?

2. Horizontale compartimentering (platen, vloerplaten, vloeren, REI 60')

1.Is er een horizontale compartimentering?

2.Zijn alle doorboringen afgewerkt met een vuurvast product met dezelfde brandwerende waarde als de compartimentering?

3.Zijn de vloeren 'EI' (brandwerend) gemaakt door er geschikte platen op te leggen?

4.Zijn de verlaagde plafonds 1/2 u. bestand tegen brand / 30 min. EI (brandwerend)?

Familie 5: Specifieke lokalen

1. HVAC-lokaal

1.Beschikt het gebouw over een HVAC-lokaal?

2.Is het HVAC-lokaal geventileerd?

3.Is in het HVAC-lokaal een brandklep aanwezig?

4.Wordt de uitschakeling van de ventilatie door de branddetectie gestuurd?

5.Sluiten de brandkleppen van het HVAC-net bij een brandalarm?

6.Zijn de brandkleppen van het HVAC-net correct geïnstalleerd (recht op de wand)?

7.Is in het HVAC-lokaal veiligheidsverlichting aanwezig?

2. Hoogspanningscabine

1.Heeft het gebouw een hoogspanningscabine?

2.Voldoet de hoogspanningscabine aan de voorschriften van het AREI (Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties)?

3.Is er een risicoanalyse volgens de Codex over het welzijn op het werk uitgevoerd?

4.Is er een blustoestel (CO2) aanwezig?

5.Is er veiligheidsverlichting aanwezig?

6.Zijn er toereikende waarschuwings- en alarmmiddelen aanwezig?

7.Wordt de installatie jaarlijks gecontroleerd door een externe dienst voor technische controle?

8.Wordt de installatie jaarlijks onderhouden?

9.Is de compartimentering correct, als het lokaal zich binnen het gebouw bevindt?

10.Worden er geen brandstoffen opgeslagen?

3. Elektrische installatie op laagspanning

1.Voldoet de elektrische installatie op laagspanning aan de voorschriften van het AREI (Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties)?

2.Is er een risicoanalyse volgens de Codex over het welzijn op het werk uitgevoerd?

3.Is er veiligheidsverlichting aanwezig?

4.Wordt de installatie jaarlijks gecontroleerd door een externe dienst voor technische controle?

5.Wordt de installatie door een gespecialiseerd bedrijf onderhouden?

6.Zijn de elektrische borden slotvast afgesloten?

7.Worden de elektrische borden correct aangeduid?

8.Is er BA4/BA5-personeel aanwezig?

9.Is het kleine elektrische materiaal CE-gecertificeerd?

10.Zijn de stopcontacten in orde (niet defect, goed in de wand bevestigd)?

11.Is voor de machines een differentieelschakelaar van 30 mA aanwezig (badkamer, indien van toepassing)?

12.Worden er geen brandstoffen opgeslagen?

4. Serverlokalen

1.Heeft het gebouw serverlokalen?

2.Zijn er bijkomende brandbestrijdingsmiddelen (CO2)?

3.Is er een automatisch blussysteem met gas?

4.Worden er geen brandstoffen opgeslagen?

5. Verwarmingslokaal - algemeen

1.Heeft het gebouw een verwarmingslokaal?

2.Is het verwarmingslokaal ontworpen volgens de normen en de regels inzake goede praktijken?

3.Is de compartimentering correct?

4.Is de ventilatie correct (boven- en onderventilatie)?

5.Is er veiligheidsverlichting aanwezig?

6.Worden de elektrische stroom en de toevoer van vloeistof automatisch afgesneden bij een waarschuwing/alarm voor brand?

7.Sluiten de brandkleppen automatisch bij een waarschuwing/alarm voor brand?

8.Zijn er toereikende waarschuwings- en alarmmiddelen aanwezig (branddetectie)?

9.Worden er geen belemmerende voorwerpen/brandstoffen opgeslagen?

10.Wordt de stookketel jaarlijks onderhouden door een gespecialiseerd bedrijf?

11.Is er een vast automatisch blussysteem?

6. Verwarming met stookolie

1.Heeft het gebouw een verwarming met stookolie?

2.Wordt de brander automatisch gedoofd?

3.Is er een opvangbak (met zand ...) onder de brander?

7. Verwarming met gas

1.Heeft het gebouw een verwarming met gas?

2.Is er gasdetectie?

3.Is de gasdetectiecentrale buiten het stooklokaal geplaatst?

4.Is er een elektromagnetisch ventiel voor het afsnijden van de gastoevoer?

5.Is er een correcte beveiliging van het elektromagnetisch ventiel voor het afsnijden van de gastoevoer (thermische stop, gecompartimenteerd lokaal, brandwerende caisson)?

6.Zijn er voorschriften voor het geval gas wordt gedetecteerd?

7.Wordt de gasinstallatie jaarlijks gecontroleerd door een externe dienst voor technische controle?

8.Wordt de gasdetectie-installatie jaarlijks gecontroleerd door een externe dienst voor technische controle?

9.Wordt de gasdetectie-installatie jaarlijks door een erkend bedrijf onderhouden?

8. Lokaal met gastoevoer

1.Heeft het gebouw een lokaal met gastoevoer?

2.Voldoet het lokaal aan de ATEX-reglementering?

3.Is het lokaal gecompartimenteerd?

4.Is het lokaal geventileerd?

5.Is er branddetectie?

6.Is er veiligheidsverlichting aanwezig?

7.Is er een goed bereikbare manuele afsluiter voor de gastoevoer?

8.Is er gasdetectie?

9.Worden er geen belemmerende voorwerpen/brandstoffen opgeslagen?

10.Is er een elektromagnetisch ventiel om de gastoevoer op afstand af te snijden?

9. Liften

1.Heeft het gebouw een lift?

2.Is het machinelokaal gecompartimenteerd??

3.Is de liftkoker gecompartimenteerd en zijn de deuren op de overlopen brandwerend (E 30�)?

4.Is het sas gecompartimenteerd??

5.Zijn de liftkokers en het machinelokaal goed geventileerd?

6.Is er een systeem dat de lift naar het evacuatieniveau brengt en de deuren opent?

7.Is er branddetectie in de liftkoker en het machinelokaal?

8.Is er een communicatiesysteem in twee richtingen?

9.Voor een hydraulische lift: Is er een automatisch blussysteem?

10. Archieflokaal

1.Heeft het gebouw een archieflokaal?

2.Is het lokaal correct gecompartimenteerd?

3.Is er branddetectie?

4.Is er veiligheidsverlichting aanwezig?

5.Is er 1,5 m afstand tussen de brandbare materialen en de elektrische bronnen?

11. Werkplaats (lassen, metselen, mechanica ...)

1.Heeft het gebouw een werkplaats?

2.Voldoet de werkplaats aan de regels inzake goede praktijken?

3.Is de werkplaats correct gecompartimenteerd?

4.Is ze goed geventileerd?

5.Is er branddetectie?

6.Is er veiligheidsverlichting aanwezig?

7.Is er een alarmknop aanwezig?

8.Zijn de nooduitgangen toereikend?

12. Keuken

1.Heeft het gebouw een keuken?

2.Voldoen de installaties aan de regels inzake goede praktijken?

3.Is het lokaal correct gecompartimenteerd?

4.Is er een automatisch blussysteem (afzuigkap, frituurpan)?

5.Is er een blusdeken aanwezig?

6.Zijn de blusmiddelen toereikend?

7.Is er een noodstop voor alle energiebronnen (elektriciteit en gas)?

8.Bestaan de afzuigleidingen uit materiaal van klasse A1 (onbrandbaar materiaal) + gecompartimenteerde koker (afzuigkap)?

9.Worden de afzuigkappen onderhouden?

13. Laboratorium

1.Heeft het gebouw een laboratorium?

2.Voldoet het laboratorium aan de regels inzake goede praktijken (opslag, compatibiliteit van de chemische producten, procedure ...)?

3.Zijn de blusmiddelen toereikend en voldoende in aantal?

4.Is er een goed bereikbare algemene afsluiter voor de gastoevoer?

5.Is de gasinstallatie conform (dichtheid, goede staat van de slangen, controle, onderhoud ...)?

6.Is de uitrusting CE-gecertificeerd en in goede staat?

14. Afvalruimte

1.Heeft het gebouw een afvalruimte?

2.Voldoet de afvalruimte aan de regels inzake goede praktijken?

3.Is de afvalruimte beveiligd tegen brandstichting (toegangscontrole ...)?

4.Is de compartimentering correct als het lokaal zich binnen het gebouw bevindt?

5.Wordt afval dat spontaan kan ontbranden, regelmatig verwijderd?

6.Worden de afvalketens gerespecteerd?

15. Extern gasdepot

1.Heeft het gebouw een extern gasdepot?

2.Voldoet het externe gasdepot aan de ATEX-reglementering (regels, normen, wetgeving)?

3.Is de toegang beperkt (omheining, muren, sleutels ...)?

4.Wordt het externe gasdepot jaarlijks gecontroleerd en onderhouden?

5.Is er gasdetectie?

16. Parkeergarage

1.Heeft het gebouw een parkeergarage?

2.Voldoet de parkeergarage aan de regels inzake goede praktijken?

3.Is de compartimentering tegenover de rest van het gebouw correct?

4.Zijn de aanwezige technische lokalen gecompartimenteerd?

5.Zijn er op elke verdieping twee nooduitgangen?

6.Is er een systeem voor rookverwijdering?

7.Zijn er voldoende blusmiddelen aanwezig (blustoestellen, brandhaspels, poederblussers 50 kg ...)?

8.Is er gasdetectie?

9.Is de toegang voor LPG-, CNG-voertuigen verboden?

17. Zalen - groot aantal gebruikers >= 50 pers.

1.Heeft het gebouw zalen voor een groot aantal gebruikers?

2.Voldoen de zalen aan de regels inzake goede praktijken (vergaderzalen)?

3.Zijn er voldoende uitgangen?

4.Openen de deuren in de evacuatierichting?

5.Is er veiligheidsverlichting aanwezig?

Familie 6: Omgeving en toegang voor de brandweer

1. Buitenverlichting

1.Is er buitenverlichting?

2.Voldoet de buitenverlichting?

2. Verkeerswegen

1.Is er een toegang voor de brandweer of is een toegang mogelijk?

2.Zijn de verkeerswegen berijdbaar (helling < 6%, breedte 4 m, voldoende draaicirkel ...)?

3.Zijn de verkeerswegen goed aangeduid?

4.Vormen de parkeerzones geen hinder voor de voertuigen van de hulpdiensten?

5.Zijn de gevels bereikbaar voor de hulpdiensten?

3. Brandkranen, hydranten

1.Zijn er brandkranen of hydranten / zijn ze goed bereikbaar?

2.Zijn ze goed aangeduid?

3.Zijn ze gemakkelijk bereikbaar?

4.Zijn ze in goede staat (sleutels voorhanden)?

5.Worden ze regelmatig gecontroleerd?

6.Worden ze regelmatig onderhouden?

4. Tegenoverstaande of aangrenzende gebouwen

1.Is er brandbeveiliging van de gevels/daken OF wordt de horizontale afstand gerespecteerd (LG: 6 m, MHG en HG: 8 m)?

Een expert om hulp vragen..